Graft Huwelijken Civiel 1675-1677

Graft Huwelijken Civiel  1656 – 1811

Graft Periode 1675 – 1677.

05-01-1675 Cornelis Cornelisz Prins, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Cornelisz, sijnen vader, met Aefjen Jans, jongedochter beijden wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor haer Jacob Jansz, haeren broeder, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
19-01-1675 Cornelis Jansz Pietersz, jongesel, compareerde voor hem Dirck Kansz Backer, sijnen oom, met Dieuwer Pieters, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor haer Cornelis Jansz Kuijper, haeren voocht, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
02-02-1675 Jan Pietersz Wever, weduwnaer, compareerde voor hem Pieter Adriaensz, sijnen vader, met Dieuwer Gerrids, jongedochter beijden wonende op Graftdijck, compareerde voor haer Jan Pietersz Backer, haeren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
16-02-1675 Cornelis Pietersz, weduwnaer, met Trijntje Pieters, jongedochter beijden wonende op de Oosterbuijrt, comp\ beijden in persoon, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
16-02-1675 Cornelis Claesz, jongesel, compareerde voor hem Pieter Jansz Gorter, sijnen swager, met Guijrtjen Jans, weduwe beijden wonende tot Graft, compareerde voor den bruijdt Cornelis Pieters, haeren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
24-02-1675 Jan Pietersz Nelles, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Jansz Schol, sijnen oom ende voochd, met Neel Jacobs, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor den bruijdt Tuenis Claesz, haeren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
20-04-1675 Jacob Tuenisz, jongesel wonende tot Oostgraftdijck, compareerde voor hem Jan Tuenisz, sijnen broeder, met Aecht Willems, jongedochter wonende in de Rijp, compareerde voor haer Lauris Hansz, haeren buijrman, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
27-04-1675 Jan Dircksz, weduwnaer, compareerde voor hem Gerrid Cornelisz Mol, sijnen vrindt, met Guijrtjen Pieters, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor haer Pieter Cornelisz Kan, haeren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
10-08-1675 Cornelis IJemertsz, jongesel, compareerde voor hem Claes Jansz Leertouwer, sijnen swager, met Pietertjen Jans, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor haer IJsbrant Pietersz Wever, haeren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
28-09-1675 Cornelis Cornelisz Voordewint, weduwnaer wonende in ’t Zapmeer, met Neeltjen Cornelis, jongedochter wonende in de heerlijckheijt Calantsoogh,vertonende wettelijck bescheijdt dat de huwelijcks geboden tot calantsoogh wettelijck waren ingewillicht om voorts bij den predicant te bevestigen waer op deselve hier insgelijck is gedaen.
29-09-1675 Pieter Cornelisz, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor hem Jan Claesz Vlottes, wonende alhier, met Griete Corssens, jongedochter wonende alhier, compareerde voor haer of den bruijdt Cornelis Pietersz, haeren buijrman, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
12-10-1675 Claes Claesz, weduwnaer, compareerde selfe in persoon, met aeltjen Pieters, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor den bruijdt Floris Claesz, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
12-10-1675 Jacob Willemsz, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Jansz Spaensen, sijnen swager, met Guijrte Sijmons, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor den bruijdt Cornelis Claesz, haeren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
19-10-1675 Engel Allertsz, jongesel wonende alhier, compareerde voor hem Dirck Corsz, sijnen baes, met Jantjen Claes, jongedochter, compareerde voor haer Maerten Adriaensz, haeren voocht ende oom, mede wonende alhier, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
19-10-1675 Arent Jacobsz, weduwnaer, compareerde selfe in persoon, met Trijn Dircx, jongedochter beijden wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor den bruijdt Cornelis Goverdsz, haeren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
19-10-1675 IJff Cornelisz, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor hem Cornelis Cornelisz, sijnen vader, met Dieuwer Pieters, jongedochter wonende tot Graftdijck, compareerde voor haer Claes Jansz, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
09-11-1675 Cornelis Jansz Spaensen, weduwnaer, compareerde selfe in persoon, met Guert jans, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor haer Jan Jansz Snijder, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
16-11-1675 Jacob Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Claes Willemsz, sijnen oom, met Dirckjen Dircx, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor haer Dirck Pietersz Schrijver, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
23-11-1675 Claes Sijmonsz, jongesel, compareerde voor hem Sijmon Claesz, sijnen vader, met Neel Jans, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor haer Cornelis IJemertsz, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
23-11-1675 Crijn Jansz Bol, jongesel, compareerde voor hem Jan Adriaensz Backer, sijnen oom, met Marij Cornelis, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde van wegen de bruijdt Cornelis Jacobsz Vermeulen, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
14-12-1675 Lau Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Jan Cornelisz Appel, sijnen broeder, met Eeff Cornelis, jongedochter beijden wonende tot Graftdijck, compareerde voor den bruijdt Claes Cornelisz Kock, haren broeder, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
21-12-1675 Herman Hermansz, jongesel wonende tot Graft, compareerde voor hem Heijndrick Hermansz, sijnen broeder. Met Marritjen Adriaens, jongedochter wonende in de Rijp, compareerde voor haer Adriaen Adriaensz, haren broeder, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
21-12-1675 Jan Dircksz Wit, jongesel wonende tot Graft, met Aeltjen Pieters, jongedochter wonende tot Schermerhorn, vertonende wettelijck bescheijdt datte de huwelijcks geboden tot Schermerhorn wettelijck waeren ingeschreven om voorts bij den predicant te bevestigen.
30-12-1675 Meijndert Jansz Talhoudt, weduwnaer wonende tot Driehuijsen, met Trijn Cornelis, jongedochter wonende in ’t Noordeijnt, compareerde beijden selfe in persoon, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
04-01-1676 Maerten Jansz, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor hem Adriaen Cornelisz Bancheris, sijnen swager, met Aeltjen Jans, jongedochter wonende tot Graft, compareerde voor haer Jan Cornelisz, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
11-01-1676 Claes Jacobsz Haland, jongesel wonende in de Rijp, compareerde voor hem Jacob Tuenisz Lijnnslager, sijnen vader, met Marritjen Cornelis, jongedochter wonende in de Starnmeer, compareerde voor haer Dirck Claesz, haren vrint, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
11-01-1676 Willem Jacobsz, weduwnaer ende Trijn Willems, weduwe beijden wonende in ’t Noordeijnt, compareerde beijden selfe in persoon, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
01-02-1676 Jacob Arisz, jongesel wonende alhier, compareerde voor hem Aris Lambertsz, sijnen vader, met Apelunij Cornelis, weduwe wonende in de Rijp, compareerde voor haer Jan Cornelisz Stijns, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
14-02-1676 Jacob Heijndricksz, meerderjarich jongesel wonende tot Uijtgeest, compareerde selfe in persoon. Met Maaritjen Jacobs, jongedochter van Graft, compareerde mede selfe in persoon geadsisteert met Pieter Jansz Garments, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
04-04-1676 Claes Cornelisz Raven, weduwnaer wonende tot Wormer, met Trijn Jans, jongedochter wonende tot Graft, compareerde de bruijdegom selfe in pwerdoon ende voor den bruijdt Dirck Jansz, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
10-04-1676 Claes Dircksz, weduwnaer wonende tot Graftdijck, compareerde selfe in persoon, met Trijn Jacobs, jongedochter wonende tot Groedt, vertonende wettelijck bescheijdt dat de huwelijcks geboden tot Groet waren ingeschreven, versochten hier insgelijcks om voorts bij den officier te bevestigen.
11-04-1676 Jan Jansz Cramer, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Pietersz, sijnen swager, met Guerte Cornelis, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor den bruijdt Jacob Albertsz, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
02-05-1676 Jan Maertensz, jongesel, compareerde voor hem Dirck Pietersz Schrijver, sijnen oom, met Marij Gerrids, jongesel beijde wonende alhier, compareerde van wegen de bruijdt Rijck Bruijns, haren stiefvader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
06-06-1676 Claes Baertsz, weduwnaer, compareerde zelfe in persoon, met Mietjen Jans, weduwe beijde wonende alhier, compareerde voor den bruijdt Jan Dircksz Krul, haren vrindt, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
04-07-1676 Claes Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Dirck Claesz, sijne neeff, met Pietertjen Tijs, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor haer Tijs Tuenisz, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
25-07-1676 Jan Dircksz, jongesel wonende tot Avenhorn, met Aleth Haemdal, jongedochter wonende alhier, compareerde voor haer Claes Jansz Leertouwer, haren buijrman, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
13-09-1676 Taem Jaspersz, jongesel, compareerde voor hem Pieter Claesz, sijnen oom, met Aeffjen Jans, jongedochter wonende tot Graft, beijden compareerde voor de bruijdt Claes Ariaensz Vos, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
19-09-1676 Cornelis Jacobsz, jongesel, compareerde voor hem Jacob Jansz Pul, sijnen vader, met Vrouw Cornelis, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor haer Jacob Cornelis, haren broeder, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
19-09-1676 Cornelis Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Claesz, sijnen voochdt, met Neel Cornelis, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor haer Jan Jansz Schaep, haren buijrman, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
19-09-1676 Jan Baertsz, jongesel, compareerde voor hem Salomon Adriaensz, sijnen oom, met Guijrt Jans, jongedochter, compareerde voor haer Jan Seijver, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
10-10-1676 Jan Dircksz, jongesel wonende tot Graftdijck, met Neel Jacobs, jongedochter wonende tot Hargen in den banne van Schoorl, vertonende wettelijck bescheijt dat haren huwelijcks geboden tot Schoorl waeren ingeschreven, versochten hier insgelijcks om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
31-10-1676 Jan Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Cornelis Jansz, sijnen vader, met Teetje Maertens, jongedochter wonende op de Laen, compareerde voor haer Marten Hiesz, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
07-11-1676 Claes Claesz, jongesel wonende inn de Schermer in den banne van Graft, compareerde voor hem beruijdegom selfe in persoon, met Jantjen Pieters, jongedochter wonende tot Driehuijsen, compareerde voor den bruijdt Dirck Hermansz, haren oom of stiefvader, mede wonende aldaer, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
14-11-1676 Gerrid Geradsz Heijten, weduwnaer wonende in de Starnmeer in den banne van Graft, compareerde selfe in persoon, met Griete Jans, jongedochter, compareerde voor haer Jan Claesz, haren goede vrindt, beijden wonende in de Starnmeer, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
14-11-1676 Jan Cornelisz Danser, jongesel, compareerde selfe in persoon neffens sijn moeder Magdaleentjen Dircx, met Grietjen Jans, jongedochter met consent van haren vader Jan Meijndertsz Salm, beijden wonende alhier, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
21-11-1676 Dirck Cornelisz Appel, weduwnaer, compareerde voor hem Jan Cornelisz Appel, sijnen broeder, met Neeltjen Maertens, jongedochter beijden wonende tot Graftdijck, compareerde voor haer Maerten Cornelisz, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
26-11-1676 Jacob Gerridsz, weduwnaer wonende op Driehuijsen, compareerde selfe in persoon, met Hillegont Corssens, weduwe wonende tot Graft, compareerde voor haer Dirck Corsz, haren broeder, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
21-11-1676 Gerrid Cirsz, jongesel, compareerde voor hem Willem Corsz, sijnen broeder, met Crijntjen Viens, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor den bruijdt Vien Claesz, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
21-11-1676 Dirck Hermansz, weduwnaer, compareerde voor hem Herman Jansz, sijnen neev, met Trijntjen Jans, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor den bruijdt Claes Claesz, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
05-12-1676 Jan Willemsz, weduwnaer wonende in ’t Noordeijnt, compareerde selfe in persoon, met Marens Pieters wonende tot Graft, compareerde voor haer Rijck Crijnsz, haren swager, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
05-12-1676 Cornelis Jansz, jongesel, compareerde voor hem Claes Jansz, sijnen broeder, met Marritjen Dircx, jongedochter beijden wonende alhier, compareerde voor haer Cornelis Claesz Ronghs, haren vrindt, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
19-12-1676 Cornelis Cornelisz Mol, jongesel, compareerde voor hem Jan Cornelisz Mol, sijnen broeder, met Sijtjen Pieters, jongedochter beijden wonende tot Graft, compareerde voor den bruijdt Jacob Pietersz, haren broeder met consent van den vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
26-12-1676 Jacob Arentsz, jongesel wonende in de Rijp, compareerde voor hem Adriaen Graet, sijnen oom, met Maritjen Lauris, jongedochter, compareerde voor haer Cornelis Willemsz, haren oom, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
26-12-1676 Sijmon Claasz, jongesel wonende in de Suijt Schermer, compareerde voor desselve Jan Claasz, sijnen broeder, met Marij Jans, weduwe wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor de bruijt Sijmon Heijnesz, haren buurman, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
26-12-1676 Willem Lourisz, jongesel wonende in den Wouden in den banne van Akersloot, compareerde selfe in persoon, met Gerritjen Gerrits, jongedochter wonende in de Starnmeer in den banne van Graft, compareerde voor den bruijt Gerrit Heijten, haren vader, versochten dat haeren huwelijcks geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
02-01-1677 Jacob Cornelisz, jongesel, compareerde voor hem Jan Boon sijn vrunde, met Impje Pouwels, jongedogter beijde wonende tot Graftdijk, compareerde voor haer Jan Cornelisz haer vrunde, versogten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
02-01-1677 Jacob Sijmonsz de Wit, weduwnaar, compareerde selfs in persoon, met Trijn Gerrits, jongedogter beijde wonende tot Graft, compareerde voor haer Jan Rursz haere buerman, versogten dat haere huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
09-01-1677 Jacob Jansz, jongesel, compareerde voor hem Claes Jansz sijne broeder, met Jantjen Claes, weduwe beijde wonende alhier, compareerde voor haer Louwris Claesz Smit haer broeder, versogten dat hunne huwelijcke geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
23-01-1677 Dirck Jansz, weduwnaar, wonende op de Oosterbuijrt, compareerde voor hem Dirck Adriaensz sijnen swager, met Trijn Jans, weduwe woonende op de Westerbuijrt, compareerde voor haer Claes Dircksz Maulesz haere buijrman, versochten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
23-01-1677 Cornelis Govertsz, jongesel, compareerde voor hem Jan Govertsz sijnen broeder, met Neel Jaspers, jongedogter beijde wonende alhier, compareerde voor de bruijd Jaenis Jaspersz haere broeder, versogten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
30-01-1677 Jacob Claesz, weduwnaar wonende tot Graft, compareerde voor hem Cornelis Jansz Schol sijnen neef, met Impjen Zeverds, weduwe wonende tot Graftdijk, compareerde voor haer Sijmon Claes haer soon, versogten dat hare huwelijcke geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voots bij den officier te bevestigen.
30-01-1677 IJsbrant Arentsz Throon, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, met Anne Cornelis, jongedogter wonende tot Crommenidijck vertonende wettelijk bescheijt dat de huwelijcke geboden tot Crommenije waren ingeschreven waer op ’t selve hier mede is geconsenteert om dan voorts bij den officier te bevestigen.
30-01-1677 Cornelis Claesz, jongesel wonende tot Graftdijk, met Dieuwer Jacobs, jongedogter wonende tot Huijswaert in den banne van Koedijck vertonend wettelijk bescheijt dat de huwelijcke geboden tot Koedijck waren ingeschreven waarop ’t selve ons mede gadaen is om dan voorts bij den officier te bevestigen.
06-02-1677 Claes Pietersz, weduwnaar wonende tot suijt Schermer, compareerde selfs in persoon, met Dieuwer Cornelis, jongedogter wonende alhier, compareerde voor haer Cornelis Dircksz haere neef, versogten dat haere huwelijcke geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
13-02-1677 Floris Crijnsz, jongesel, compareerde voor hem Pieter Arentsz Rood sijnen neef, met Jantjen Jacobs, jongedogter beijde wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor de bruijt Gerrid Dirksz haren oom, versogten dat hare huwelijcke geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
13-02-1677 Cornelis Jacobsz, jongesel wonende in de Starnmeer, compareerde voor hem Jacob Cornelisz sijnen vader, met Trijntjen Jacobs, jongedogter wonende tot Oostgraftdijk, compareerde voor de bruijt Jacob Claasz haren vader, versogten dat hare huwelijkse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
20-02-1677 Jan Taemsz, jongesel, compareerde voor hem Pieter Taemsz sijne broeder, met Jantjen Pieters, jongedogter beijde wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor haer Jacob Cornelis Gomes haere oom, versogten dat haere huwelijkse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
26-02-1677 Mr. Johannes Hermansz, jongesel, wonende in de Rijp, compareerde voor hem Claes Jacobsz Backer sijne vrindt met consent van sijn vader, met Grietje Outgers, jongedogter wonend in ’t Noordeijnt, compareerde voor haer Pieter jansz Tijs haer vrunt met consent van de moeder, versogten dat haere huwelijkse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
03-04-1677 Pieter Rongesz, jongesel wonende in de Rijp, compareerde voor hem Lau Rongesz sijne broeder, met Neel Dircks, jongedogter wonende tot Graft, compareerde voor haer Willem Cornelisz haeren neef, versogten dat haer huwelijkse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
04-09-1677 Maerten Jansz, jongesel, compareerde voor hem Gerrid Gerridsz sijn swager, ende Jansje Claes, jongedogter beijde wonende in ’t Noordeijnt compareerde voor de bruijt Claes Duelofsz hare vader, versogten dat hare huwelijkse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den oficier te bevestigen.
09-10-1677 Dirck Cornelisz, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor hem Cornelis Dircksz sijnen vader, met Impjen Maertens, jongedogter wonende in de Beemster, compareerde voor de bruijt A.ntjen Sijmons haer moeder, versochten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den officier te bevestigen
09-10-1677 Maerten Cornelisz, jongesel wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor hem Cornelis Jansz sijnen vader, met Dieuwer Cornelis, jongedogter wonende in de Rijp, compareerde voor de bruijt Cornelis Cornelisz haere vader, versochten dat hare huwelijckse geboden wettelijk soude werden ingeschreven om dan voorts bij den officier te bevestigen.
16-10-1677 Dirck Pietersz, jongesel womemde alhier, compareerde voor hem Vijn Pietersz sijne buyrman, met Trijn Jans, jongedogter wonende tot Rijp, compareerde Jacob Jacobsz haere buyrman, versogten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
23-10-1677 Cornelis Claesz, jongesel wonende in de Rijp, compareerde voor hem Jacob Mosesz sijne oom, met Neel Jans, jongedogter wonende tot Graft, compareerde voor haer Claes Claesz haeren buyrman, versogten dat haere geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
23-10-1677 Johannes Hiole, jongeman, predicant tot Graft, met Joffr. Haesjen Costerius, jongedogter wonende tot Woerden vertonende wettelijk bescheijt dat de geboden tot Woerden waren ingeschreven, versogten hier insgelijk waerop ’t mede is geacordeert om voorts bij den predicant te bevestigen.
06-11-1677 Muus Jansz, weduwnaar, compareerde selfs in persoon, met Anne Claes, weduwe beijde wonende tot Graft, compareerde voor de bruijt Abraham Jansz haer neef, versogten dat hare huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
13-11-1677 Bartel Dircksz, jongesel wonende tot Oostgraftdijk, compareerde voor hem Heijndrick Louwrisz sijne swager, met Trijntje Pieters, weduwe allhier, compareerde voor haer IJsbrants Pietersz haer swager, versogten dat haere huwelijckse geboden wettelijk mochten ingeschreven om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
04-12-1677 Albert Arentsz Throon, jongesel, compareerde voor hem Arent Pietersz Throon sijn vader, met Trijn Lauris, jongedogter beijde wonende on ’t Noordeijnt, compareerde voor de bruijt Pieter Lourisz hare broeder, versogten dat haere huwelijckse geboden ingeschreven souden werden om dan voorts bij den officier te bevestigen.
04-12-1677 Michiel Louwrensz, jongesel wonende tot Gtarftdijk, compareerde selfs in persoon, met Maritjen Claes, jongedogter wonende in de Schermeer in de ban van Aeckersloot, compareerde voor haer Cornelis Claesz haeren broeder, versigten dat haere huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den schoudt te bevestigen.
11-12-1677 Claes Dircksz, jongesel, compareerde voor hewm Dirck Duelofsz sijne vader, met Aegtjen Jans, jongedogter beijde wonende tot Graft, compareerde voor de bruijt Jan Claesz Leu haere vader, versogten dat haere huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
11-12-1677 Claes Sijmonsz Backer, jongesel wonende tot Graft, compareerde voor hem Jan Claesz Bergen sijnen oom ende voogt, met Neel Taems, jongedogter wonende in ’t Noordeijnt, compareerde voor haer Taems Jacobsz haeren vader, versogten dat hare huwelijckse geboden wettelijck ingeschreven souden werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.
24-12-1677 Dirck Jansz Hade, jongesel, compareerde voor hem Cornelis jansz Hade sijne broeder, met Neel Claes, jongedogter beijde wonende tot Graft, compareerde voor haer Cornelis Jacobsz vermeulen hare vrunt, versochten dat haer huwelijckse geboden wettelijk ingeschreven soude werden om dan voorts bij den predicant te bevestigen.

Transcriptie: GeneaData  Datum: 16-07-2023

Bron: RA Alkmaar – Graft Inv.nr.11

Het kopiëren (downloaden) van dit bestand is alleen toegestaan voor persoonlijk gebruik, maar verspreiding in welke vorm dan ook (commercieel of niet-commercieel) is uitdrukkelijk niet toegestaan. Als u gegevens uit deze transcriptie gebruikt voor genealogische of historische doeleinden, wordt een verwijzing naar deze transcriptie op prijs gesteld. Bij gebruikmaking van gegevens uit deze transcriptie ten behoeve van publikaties, in welke vorm dan ook moet een adequate bronvermelding naar deze transcriptie worden aangegeven.

Deze gegevens worden handmatig ingevoerd door vrijwilligers, mensen die ook wel eens een foutje kunnen maken. Het is dus altijd aan te bevelen de gegevens te controleren in de archieven.

Dit bericht is geplaatst in DTB. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *